donderdag 20 september 2012

Seats2Meet: betalen met wat je kunt

Vrijwel anoniem weggestopt aan het randje van Hoog Catharijne zit Seats2Meet. Je kunt er zowel via het winkelcentrum binnen, als buitenom via het Moreelsepark. In beide gevallen word je geconfronteerd met een bescheiden naambordje, tussen andere bescheiden naambordjes. Het had net zo goed het kantoor van een gezelschap boekhouders kunnen zijn, of van een stel civiel ingenieurs. Zelfs nog wanneer je de lift uitkomt, is het allemaal degelijk, op het saaie af. Maar eenmaal bij de receptie ontvouwt zich voor je oog een mierenhoop van mensen die aan lange tafels achter laptopjes zitten te werken. Niet echt in stilte, want een licht geroezemoes gonst door de ruimte. Maar stil genoeg om geconcentreerd driftig tekst te produceren.

Zelf doen
De avond voor mijn bezoek had ik gereserveerd. Gelukkig maar, want er was nauwelijks plek om aan te schuiven met mijn eigen laptopje. Bij het reserveren werd me gevraagd aan te geven wat mijn expertise was. Want werken bij S2M kost dan misschien geen geld, je betaalt wel. Met je expertise, je sociaal kapitaal. Op de site kun je per locatie zien welke kennis er op welk moment van de dag aanwezig is.
Het concept van S2M is simpel. Wie in zijn eentje wil komen werken, reserveert en betaalt geen cent. Wie wil komen vergaderen, betaalt voor alles wat hij gebruikt. Maar ook niet meer dan dat, een beetje het easy-jet model. Kom je met 11 mensen vergaderen, dan betaal je voor 11 stoelen, ook als je in het zaaltje zit waar je met 14 mensen terecht kan. En vervolgens betaal je voor alles wat je gebruikt, van een kopje koffie tot de beamer. Aantrekkelijk voor klanten is dat je tot 24 uur van te voren kunt annuleren. Je kunt ook van alles en nog wat bij- of afbestellen, nadat je hebt geboekt, zonder dat mensen bij de receptie chagrijnig worden. Want je doet het zelf.

Help ontmoeten
S2M komt voort uit de klassieke zalenverhuur, vertelt Vincent Ariens, community manager bij Seats2Meet.com. “De oorsprong ligt bij Meeting Plaza, dat bijvoorbeeld op het centraal station van Utrecht zalen verhuurt. Die markt raakte verzadigd, klanten werden kleiner en hadden dus kleinere behoefte aan vergaderruimte en met de crisis raakte het geld op. Diezelfde crisis maakte ZP-ers, mensen die voor zichzelf werken en dus met anderen. Zij werken alleen, willen anderen ontmoeten die ook alleen werken en soms juist met elkaar aan de slag. Precies in die behoefte voorziet S2M.”

Betalen met Sociaal Kapitaal
ZZP-er is een term die ze bij S2M overigens liever niet gebruiken, omdat hij vooral tot uitdrukking brengt wat mensen niet zijn. En ze vinden het ook een beetje zielig, alsof er niemand voor ze wil werken. S2M zegt ZP-er en dat staat voor Zelfstandige Professional. Zo zijn wel meer dingen net anders. Want als de lunch gratis is, wie betaalt hem dan? Het is maar welke kosten je maakt en aan welke klanten je ze in rekening brengt, stelt Ariens. “Wij bieden mensen die willen vergaderen een op maat gesneden arrangement, want dat kunnen ze zelf samenstellen. Er zijn weinig risico’s aan verbonden, want ze kunnen tot 24 uur van te voren afzeggen. En als ze komen, vergaderen ze in een inspirerende omgeving, waar veel mensen al aan het werk zijn, die ze ook nog bij hun eigen activiteit kunnen betrekken. De vergaderaars betalen de rekening van de sfeer en de lunch voor de aanwezige ZP-ers, maar daar krijgen ze dan ook echt wat voor terug. Omdat we ons geld stoppen in een goede website, waar je makkelijk kunt reserveren en geen reclame maken, kunnen we de vergaderaars een aanvaardbare prijs bieden. Mensen die komen werken, betalen met hun sociaal kapitaal en met hun gebruik van social media. Zij laten via twitter weten dat ze bij ons werken en wat ze bereiken. En zo regelen we onze marketing.”

Synergie
De samenwerking tussen de aanwezige ZP-ers ontstaat, maar is nog niet in beeld gebracht. Wel ziet Ariens regelmatig bekende gezichten, maar dat maakt de synergie nog niet meetbaar. Het idee werkte bij de ZP-er die bij S2M regelmatig aanschoof om te werken aan een boek over hoe Nederland online werkt. Toen het af was, kon de boekpresentatie gratis plaatsvinden in de grote vergaderruimte van S2M, onder de voorwaarde dat alle aanwezige ZP-ers kunnen deelnemen. Nu heeft de auteur een trainingsbureau en maakt op zijn beurt, maar nu tegen betaling, gebruik van de faciliteiten van S2M.
Als het gaat om synergie kunnen nog wel slagen in worden gemaakt. Ariens: “We kunnen de techniek nog beter in zetten om mensen met elkaar in contact te brengen. Je weet wel welke kennis er waar in huis is. Maar mensen wijzen op andere nieuwe mensen, of de weg wijzen naar beschikbare kennis elders, dat kan allemaal nog beter. Iets anders waar we wel over nadenken zijn manieren waarop mensen elkaar hier kunnen vergoeden voor bewezen diensten. Kunnen we geen alternatieve valuta in het leven roepen, of gebruik maken van renminbi’s? Als je zoiets bedenkt, steekt de Nederlandse Bank onmiddellijk zijn vinger op.”

Alternatief
Het S2M-concept is inmiddels op 42 verschillende plekken in Nederland uitgerold. Veelal in een franchise-vorm; inspired by. Ook nu, midden in de crisis, breidt het aantal plekken zich uit. Juist de crisis creëert een behoefte aan flexibele vergaderruimte én plekken voor ZP-ers. Het concept leent zich ook voor die twee mensen die elkaar bij S2M ontmoetten en samen een bedrijf startten, zegt Ariens. “Ze zijn nu met z’n zevenen, doen aan website ontwikkeling, werken bij klanten of een S2M-plek. Maar één keer in de twee weken huren ze hier een ruimte om letterlijk samen te werken.”

donderdag 6 september 2012

De Meevaart: Gebruiken is Bepalen

Wanneer je de Meevaart binnenkomt, sta je gelijk in de mooiste ruimte  van het gebouw. Het is de centrale hal, een ruimte van meer dan 100m2. De ruimte is hoog en licht. Er staan robuuste houten tafels met dito banken. Aan de ene kant staat een volwassen bar, aan de andere kant de buurtboekenkast en een indrukwekkende Marokkaanse sedari. Je kunt de ruimte huren, maar dan moet je accepteren dat alle andere gebruikers van de Meevaart er nog steeds door heen lopen. De hal is tenslotte kruispunt en ontmoetingsplek van het gebouw, en daar worden geen concessies aan gedaan. De Meevaart is er voor zijn gebruikers en de Meevaart gebruik je niet in je eentje.

De Meevaart
De Meevaart is een oud schoolgebouw in de Amsterdamse Indische buurt, dat al heel lang wordt gebruikt als buurthuis. Na een verbouwing in 2011 werd het op 4 februari 2012 feestelijk heropend, met een nieuwe leiding. Was de Meevaart altijd een buurthuis waarvan exploitatie en programmering in handen was van een welzijnsstichting, nu was het aan bewoners om dat te doen. Stadsdeel Amsterdam Oost neemt een belangrijk deel van de kosten voor zijn rekening, in ruil waarvoor groepen bewoners die voldoen aan door het stadsdeel opgestelde criteria, gratis van het gebouw gebruik kunnen maken. Andere groepen en organisaties moeten betalen voor het gebruik van het gebouw. 
Formeel is het beheer in handen gelegd van de Meevaart Ontwikkel Groep. De MOG is in 2011 opgericht om als vehikel te dienen om de ambities van beheer en gebruik van de Meevaart door bewoners mogelijk te maken. Zij is als stichting de formele ontvanger van subsidie van het stadsdeel en huurder van het pand van corporatie De Alliantie. De MOG komt voort uit de Karrewiel Community. Deze community beheerde en programmeerde op tijdelijke basis het voormalige buurthuis Het Karrewiel. Zij werden door het stadsdeel gevraagd om na de verbouwing het zelfde te doen in de veel grotere Meevaart.
Doel van de Meevaart is om beschikbaar te zijn, aldus Pierre Mehlkopf, lid van het bestuur van de Meevaart Ontwikkel Groep. “Met zijn aanwezigheid wil het gebouw een stimulans zijn tot activiteiten van en samenwerking tussen groepen van bewoners uit de wijk. De MOG is niet de partij die verantwoordelijk is voor de activiteiten. Dat zijn de groepen of communities zelf. We vertellen dan ook schaamteloos over wat hier allemaal gebeurt, ook over dingen die niet mogen. Er wordt hier bijvoorbeeld gebeden door een aantal mensen en wij steken dat niet onder stoelen of banken. Wij stellen groepen in staat hun activiteiten te ontplooien. Zij maken de Meevaart tot wat hij is, niet het bestuur. Daarmee zijn wij als bestuur nadrukkelijk niet de controleur die in de gaten houdt of ze daarbij voldoen aan de specifieke eisen van de overheid. We willen af van die controle door de overheid. Wat moet gebeuren is dat groepen van bewoners zich verantwoorden bij de buurt, bij andere bewoners. En het stadsdeel kan daarbij toezien. Ze zijn van harte welkom.”

Sturing: gebruik is niet vrijblijvend
Gebruik en beheer van de Meevaart zijn maar voor een beperkt deel in formele regels en beleidsplannen gegoten. Als Pierre Mehlkopf over “wij” praat, dan doelt hij de ene keer op het bestuur van de stichting en zijn zakelijk leider (Firoez Azarhoosh), en de andere keer op de groep van gebruikers. Daarmee is ook het ongrijpbare van het karakter geschetst. “Het gebouw en zijn gebruik ontwikkelt zich onder onze handen,” stelt Mehlkopf. “We willen een doorgangshuis zijn, geen sociëteit. Groepen komen binnen en ontwikkelen zich. Dat kan op twee niveaus. Of mensen ontwikkelen zich en hebben dan de Meevaart niet meer nodig. Of activiteiten ontwikkelen zich en leveren daarmee een veranderende bijdrage aan de Meevaart.”
Er zijn wel een paar mechanismen in het leven geroepen om verantwoording af te leggen en gebruik te reguleren. Groepen sluiten gebruikscontracten met de Meevaart met een beperkte tijdsduur. Nu is die periode drie maanden; kort, omdat het gebouw nog volop in ontwikkeling is. Werken met een beperkte gebruiksperiode biedt wel de mogelijkheid om periodiek te kijken of gebruik, gebruiker en Meevaart bij elkaar passen.
Groepen die gratis van de ruimte gebruik maken, krijgen van de Meevaart op papier een schenking ter waarde van de huur. Maken ze geen gebruik van hun ruimte, dan moeten ze de schenking terug betalen. De Meevaart heeft zijn schenking nog niet teruggevraagd van een groep, maar de verwachting is dat deze omgekeerde borg groepen zal stimuleren goed na te denken over hun ruimtebehoefte.
Een ander “mechanisme” is de inzet van bestuur en anderen om groepen die de Meevaart ontgroeien of er eigenlijk niet in passen, op weg te helpen naar andere ruimte in de buurt. Zo groeit Schaakschool Zeeburg hard en hebben ze behoefte aan ruimte voor inloop. Die ruimte biedt de Meevaart niet, maar mee helpen zoeken is een alternatief.

Vertellen is verantwoorden
Om verantwoording af te leggen is het nodig te vertellen wat er gebeurt. Belangrijker dan verantwoording afleggen aan het stadsdeel, is het om buurtbewoners te vertellen wat er in gebouw gebeurt. Zo zien zij wat  er gebeurt in een gebouw dat met hun belastinggeld wordt betaald. Vertellen is ook een manier om buurtbewoners uit te nodigen gebruik te maken van het gebouw of van de activiteiten die er worden georganiseerd. Bij de opening hebben groepen als Kunst & Koken en Schaakschool Zeeburg aan bezoekers verteld wat ze doen.
Ook de conflicten die zich bij het gebruik van het gebouw voordoen, zijn een belangrijke manier om de wijze waarop van het pand gebruik wordt gemaakt, te wegen. Conflicten ontstaan wanneer ruimtes niet opgeruimd worden achtergelaten voor de volgende gebruiker of wel worden gereserveerd, maar niet gebruikt. Bestuur en zakelijk leider proberen zoveel mogelijk buiten deze conflicten te blijven. Azarhoosh: “We denken dat conflicten het beste worden opgelost wanneer mensen zelf verantwoordelijk zijn voor de oplossing. Als bestuur, zakelijk leider of ambtenaren van het stadsdeel zich daar in mengen als scheidsrechter, wordt het conflict niet opgelost, maar onderdrukt. Voor de korte termijn is dat misschien een oplossing, maar in een gebouw dat het moet hebben van de samenwerking en gedeeld belang van alle gebruikers is het te weinig.”

Veel open
De Meevaart is zo’n 90 uur per week open. De begroting trekt zo’n ruime openstelling eigenlijk niet, temeer omdat in die 90 uur lang niet alle ruimtes tegelijk worden gebruikt. Mehlkopf en Azarhoosh schatten de bezettingsgraad van de sport- en theaterzaal op respectievelijk 40% en 50%, terwijl de andere ruimtes ongeveer 80% van de tijd worden bezet. Om de kosten van beheer en schoonmaak te dekken zou er zo’n € 50.000 bij moeten, op een begroting van ruim € 3 ton. Omdat ze er niet op rekenen dat het stadsdeel dat bedrag zal bijpassen, denken Mehlkopf en Azarhoosh na over andere mogelijkheden. De MOG is in gesprek met een ROC om een opleiding Beheerder te starten. Met voldoende deelnemers aan de opleiding zijn er in de Meevaart gelijk een hoop beheerders bij. Het zal geen probleem zijn om als Meevaart erkend leerbedrijf te worden en een gediplomeerd beheerder dienst te hebben. Iets vergelijkbaars zoeken ze voor de bar en de keuken. Aan een van de vrijwilligers hebben ze de ruimte gegeven om te kijken of je daar een businessmodel bij kunt verzinnen. Als dat lukt hebben Meevaart en vrijwilliger daar beiden baat bij. Voor het schoonmaken en de zaaltechniek willen ze een bedrijfje opzetten met buurtbewoners. Liefst zou je daarvoor meerdere gebouwen in beheer hebben. Lukt het niet om die bedrijfjes van de grond te krijgen, dan wordt de Meevaart teruggeworpen op zijn de bijdrage van het stadsdeel. En die is te laag om zoveel uren open te zijn.

Synergie: organisch organiseren is minimaal organiseren
De manier van werken binnen de Meevaart kent sowieso een organische benadering. Mehlkopf vertelt over het maken van de website van de Meevaart: “toen we constateerden dat we een website nodig hadden, riepen tien mensen dat ze die wel konden maken. Dan gaat er daar een van aan de slag. Als die zijn product presenteert, zeggen 9 mensen dat het niks is. Dan komen er professionele eisen en dan vallen er 6 mensen af. Dan maken die drie die overblijven het zo mooi dat we een G4 computer moeten aanschaffen om het te laten werken, terwijl ik niet weet wat een G4 computer is. Dan wordt het afgeschaald en resteert er een werkbaar model. Dat kost ons drie maanden, maar dan is het wel gedragen.”
Zo ontwikkelt zich ook de synergie tussen gebruikers in de Meevaart. De centrale ontmoetingsruimte is dan misschien groot, hij is wel zo ingericht dat je je als groep niet wezenlijk kunt afzonderen van andere aanwezigen. Zo ontstaat de eerste kans om kennis te maken met anderen. Mehlkopf: “De kookgroep zoekt actief andere gebruikers: wat heeft het voor zin om te koken als er niemand komt eten?”

Rondjes draaien met ambtenaren
In cijfers is de Meevaart succesvol. Ambities op het gebied van bezettingsgraad en openingsuren zijn ruimschoots gehaald. Belangrijker is misschien wel het succes van vertrouwen. Vertrouwen in het zelfregelend en –corrigerend vermogen van de gebruikers. Vertrouwen, want sturing werkt niet. Iedere poging daartoe werd genadeloos afgestraft. Als het bestuur zei dat er toch een paar dingen georganiseerd moesten worden, verticaliseerden de verhoudingen ogenblikkelijk en werden gebruikers klanten. Wat werkte was benoemen wat niet goed ging. Genoeg mensen die dat ook vonden en initiatief namen.
Grootste bedreiging voor het succes van de Meevaart is een toenemende sturingsbehoefte van het stadsdeel. Bij het stadsdeelbestuur heerst een enorme angst dat het mis gaat in de Meevaart. “Eindeloos wil het stadsdeel dat bespreken. En dus zitten we eens per twee weken om de tafel rondjes te draaien met ambtenaren. Eigenlijk alleen maar met ambtenaren. Maar als we concreet een vraag voor het stadsdeel op tafel leggen, dan geeft het stadsdeel niet thuis,” aldus Azarhoosh. En Mehlkopf vult aan: “De beste manier om te controleren voor het stadsdeel: wij kunnen op een aantal dagen nog best vrijwilligers gebruiken voor beheer en schoonmaak, het stadsdeel heeft voldoende ambtenaren die de wijk in willen.”